arnoldcornelis

Logica van het Gevoel

Procesdenken: het 'Panta rei' van Columbus, of van Cornelis ?

De aanknopingspunten voor 'communicatieve zelfsturing' liggen in het procesdenken. Heraclitus (540 v.Chr.) beschouwde de werkelijkheid als een permanent, zich
zelf in stand houdend proces van werkelijkheidsverandering, ook al
formuleerde hij het nog niet zo. 'Panta rei', als grondslag voor het
dynamisch evenwicht van de zich steeds verder ontwikkelende
tegengestelden. Volgens mijn interpretatie van de theorie van
Cornelis is de lerende mens, zowel object, subject, als ook acteur
van de spanningen die daaruit voortvloeien. De 'Logica van het
Gevoel' laat zien welke relatiesystemen in het ontwikkelingsproces
van de mensheid dominant aan de dag treden, op het moment dat
gevoelens zich kunnen nestelen in de kultuur (ik noem dat voor het
gemak maar even 'socialisatieproces'). In de relatie tot het
'natuurlijk systeem', is de mens vooral object van
socialisatieprocessen. Zowel de levenden als de doden zijn in
perfecte harmonie met de stromingen die zich in de (direct
waarneembare) natuurlijke omgeving voordoen. In relatie tot de
'sociale regelstemen' is de mens subject van
socialisatieprocessen. Hij, of zij, is bouwmeester van eigen
identiteit (interne 'zelf') en van de eigen omgeving (externe
'zelf'). Het 'zelf' is een vorm van 'ontdubbelling' van
subjectieviteit in de kultuur. Maar het is vooral ook, in de overgang
naar een hogere orde, een essentiële voorwaarde voor de sturing van
eigen leerprocessen. Op dat moment gaat het om 'communicatieve
zelfsturing'. De orde van tijd zorgt er dan voor dat de mens acteur
is van socialisatieprocessen, ofwel: uitvinder, architect, aannemer
en uitvoerder van verandering. De persoonlijke ontwikkelings- en
leerprocessen worden gestuurd in communicatief samenspel met de zich
veranderende omgeving.

Wat ik hiermee wil zeggen is dat veranderings- en leerprocessen een centrale rol spelen voor alle drie systemen. Ook al gaat de mens er pas op het niveau van communicatieve
zelfsturing bewust mee om. Ik trek daaruit de conclusie dat de drie
systemen nooit los van elkaar gedacht kunnen worden. Ze zijn in alle
situaties altijd gelijktijdig en gelijkwaardig aanwezig. Dat is
gemakkelijker gezegd dan gedacht. Vooral als we herkennen dat bij de
manier van denken die we op school hebben geleerd de ruimtelijke orde
van de sociale regelsytemen overheerst. Maar het betekent ook dat
procesdenken een fundamentele bouwsteen is van Cornelis' filosofie.
Het is een bouwsteen die op alle niveaus betekenis sturend is, en die
ons zegt dat 'Panta rei' de meest fundamentele betekenis is die ons
gevoel kan geven aan onszelf en aan de werkelijkheid.

Hoe denken jullie hierover?

Weergaven: 273

Hierop reageren

Berichten in deze discussie

Beste Hendrik ten Berge,

Ik heb jouw stuk met belangstelling gelezen en vind het volgende:
Dat de drie systemen nooit los van elkaar gedacht kunnen worden ben ik volkomen met je eens, maar dat ze altijd gelijktijdig en gelijkwaardig aanwezig zijn vind ik niet juist.
De onderwerpen, problemen zullen altijd meer in het ene en dan weer in het andere systeem aanwezig zijn. Je moet alleen de oplossing van een probleem niet in het verkeerde systeem zoeken zoals Arnold Cornelis dat noemt, dan raak je verdwaald, maar dat weet je wel.
Het procesdenken waar je het over hebt is een moeilijk begrip. Arnold zegt daarover: "De procesbesturing van het communicatieve leren is een leerproces van de hogere logische orde. Het leren zowel wat, als hoe en waarom men leert. Het resultaat wordt doorgegeven, afgebeeld en tot instrument gemaakt in de communicatieve laag van culturele stabiliteit."
De processen zijn ook weer aan een constante verandering onderhevig denk ik, ze zijn voortdurend in beweging door communicatie. Net zoals in 'Panta Rei'

Groet, Martin uit den Bogaard
Hallo Martin,
Hartelijk dank voor je reactie.

Ik wil graag iets verder ingaan op twee opmerkingen uit jouw reactie:
1.“je moet de oplossing van een probleem niet in het verkeerde systeem zoeken”, en
2.“procesdenken is een moeilijk begrip”.

Even los van wat Cornelis inhoudelijk bedoelde met 'de oplossing zoeken', is volgens mij de relatie tussen 'probleem' en 'oplossing' een belangrijke, structurele bouwsteen van onze kenniskultuur. Die bouwsteen is zo fundamenteel dat wij de werking ervan niet of nauwlijks meer bevragen. Een 'probleem' (bijvoorbeeld: 3 x 5 = ?) vraagt om een 'oplossing' (in dit geval 15). Wie herkent daarin niet de vanzelfsprekendheid van het schoolse leren. De leerling is blij en trots als ie met succes een probleem heeft opgelost en daarvoor een goed cijfer heeft gekregen. De aan de 'oplossing' gekoppelde, externe waardering, wordt door de leerling gebruikt om betekenis te geven aan de gedane inspanningen. Zo onstaat er een 'kennismodel' waarbij de sturing van leerprocessen berust op “aan uitkomsten gekoppelde, externe metingen en waarderingen”. Het is een 'output gestuurd kennismodel' dat weinig of geen mogelijkheden biedt voor terugmelding naar het leerproces van de lerende persoon zelf.

Waarom is procesdenken een moeilijk begrip? Welnu, bij procesdenken staat niet de uitkomst, maar het proces centraal, en met name de terugmelding waarmee het proces zichzelf in stand houdt. 'Panta Rei' verwijst naar het feit dat de verandering een permanente beweging is. Er is geen 'einde', d.w.z. er bestaat geen universele 'einduitkomst' die we als 'principe' kunnen projecteren op leerprocessen. 'Leren' kun je niet 'oplossen' ! Er komt nooit een eind aan. Niemand kan niet-leren! Output is ook altijd input. Er is altijd en overal terugkoppeling en, zoals Cornelis zegt: de door leerprocessen tot stand gekomen inzichten en kennisinhouden ...'worden doorgegeven, afgebeeld en tot instrument gemaakt in de communicatieve laag van culturele stabiliteit..'. En dus, als we dichter bij de universele aspecten van leer- en veranderingsprocessen willen komen, dan is het zinloos om op zoek te gaan naar einduitkomsten. Veelmeer is het zaak om te onderzoeken op welke wijze de terugmelding in het leerproces van lerende personen bijdraagt en zich doorontwikkeld in het leerpoces van de lerende samenleving.

Procesdenken is ook moeilijk omdat we er middels ons output gestuurde denken grip op moeten zien te krijgen. Een voorbeeld: Het gaat om de meest complexe en duurste rekenmachine die de mensheid ooit gebouwd heeft. Dat ding rekent dag en nacht en kost de samenleving meer dan 500 miljoen Dollar per dag. En toch komt er nooit nooit een oplossing uit. Hoe kan dat ? Het is pure geldverspilling zegt de output gestuurde denker.
Het antwoord is eenvoudig. Bij de machine in kwestie gaat het om telefooncentrales. De berekeningen die ze uitvoeren dienen er uitsluitend toe het systeem in een optimale toestand te houden ten opzichte van 'incoming and outgoing flows of calls'. Iedere 'output' die tijdens de rekenprocessen optreedt, is tevens en meteen ook weer 'input' voor hetzelfde proces (permanente terugmelding die het proces in stand houdt). Op geen enkel moment is er sprake van een 'oplossing' of een einduitkomst.

Om beter grip te krijgen op procesdenken zijn nieuwe concepten nodig. 'Sturing' is zo'n concept. Het heeft, zoals gezegd, te maken met 'betekenisverlening'. In het perspectief van 'procesdenken' zijn zowel 'problemen' als 'oplossingen' hooguit betekenisdragers die een rol spelen in het kader van persoonlijke leerprocessen. De handelende en lerende mens heeft ze dan nodig voor de sturing van zijn of haar actieve deelname aan het proces van permanente werkelijkheidsverandering ('Panta Rei').
Het is van belang om in te zien dat op het niveau van communicatieve zelfsturing, volgens de theorie van A. Cornelis, er geen mogelijkheid meer bestaat om van buiten naar binnen, sturingsbetekenissen toe te kennen aan leerprocessen van anderen (maak dat maar eens duidelijk aan docenten). Zelfs niet met behulp van, of via de normatieve kracht van de regelsystemen. Want het gaat om ZELFsturing, dat wil zeggen om de sturing van het eigen leerproces. (opm.: Alleen docenten die 'zelf' leren, die weten hoe, wat en waarom ze leren, kunnen leerlingen ondersteunen het leren! Niemand kan iemand anders iets leren. Mensen kunnen alleen 'zelf' iets leren! Cf: 'Cornelis over onderwijs', bijdrage van Henk Nijsingh, 21 juni 2010.) Wel is het belangrijk dat de sturingsbetekenissen die daarbij worden gegenereerd en gebruikt, communicatief geconfronteerd worden met de betekenissen van anderen. Het feit dat de communicatieve zelfstuurder als 'acteur', actief deel uitmaakt van het eigen leerproces, is een fundamentele voorwaarde voor de relatie met anderen. Het 'ZELF' wordt daarbij opgebouwd als 'sociale identiteit' die noodzakelijk is voor het communicatieve samenspel met anderen (opm.: dit 'zelf' ligt op een logisch hoger niveau dan het 'zelfreferente Ego' dat uitsluitend geldigheid heeft in de output gerichte sturing van de sociale regelstemen).

Afsluitend nog even iets over het gelijktijdig en gelijkwaardig aanwezig zijn van de drie systemen in persoonlijke leerprocessen. Ik ben het eens met jouw opmerking dat onderwerpen en problemen altijd meer in het ene systeem aanwezig zijn dan in het andere. In de belevenis van de communicatieve zelfstuurder is dat zo. Maar wat ik zeggen wil is dat de betekenissen die daar worden toegekend aan de onderwerpen en de problemen, persoonlijke sturingsbetekenissen zijn. Als we ons echter plaatsen in het perspectief van de theorievorming betreffende de actieve deelname van mensen aan de veranderingsprocessen van zichzelf en van de wereld, dan zijn volgens mij de gelijktijdigheid en de gelijkwaardigheid van leerprocessen in alle drie systemen, fundamentele bouwstenen om een procesmatige visie van de werkelijkheid te onderbouwen ('Panta Rei').

Met vriendelijke groet,
Hendrik ten Berge
Beste Hendrik,

Bedankt voor je uitgebreide reactie.
Je hebt inderdaad gelijk dat het procesdenken een fundamentele bouwsteen is van Arnold Cornelis' filosofie.
Het proces is dan de voortdurende stroom die heen een weer gaat tussen de drie systemen.
Dit klinkt heel eenvoudig, maar het is een nieuw, dus een moeilijk in te vullen denkmodel, waar nieuwe concepten voor nodig zijn zoals jij dat ook aangeeft.
We zullen moeten leren de terugmelding te begrijpen en ook voortdurend uit te zenden op allerlei manieren.

Wat ik ook interessant aan zijn filosofie en het boek 'Logica van het Gevoel' vind dat je om je heen ziet dat er allerlei processen in de wereld gebeuren die een nieuwe communicatieve weg zoeken.

Het onderwijs waar je het over hebt, is inderdaad een taai onderwerp.
Ik zie het zo: Mensen willen leren, we hebben een leerdrift zoals Arnold C. dat ook zegt, maar dan moeten we de leerlingen wel hun gang laten gaan en meer naar ze luisteren. We moeten ze dan wel goed begeleiden en alle mogelijkheden voorhouden. Men zal de organisatie van het onderwijs totaal moeten wijzigen, maar daar is veel inzicht voor nodig. Enkele scholen proberen dat al en zijn met de zelf sturende communicatie volop bezig.

Met vriedelijke groet,
Martin uit den Bogaard

Hallo Martin,

..”om je heen zie je allerlei processen in de wereld gebeuren die een nieuwe communicatieve weg zoeken..” Ik reageer een beetje laat op deze prachtige uitspraak, maar ik ben het helemaal met je eens dat dit een bijzonder interessante (en vooral ook zeer actuele) kijk op de werkelijkheid is. De pijlers van de democratie in de post moderne samenleving wankelen. De “volksvertegenwoordigingen” vertegenwoordigen van alles, behalve het volk. De processen waarlangs politieke legitimiteit wordt opgebouwd verlopen steeds minder via de (extern gestuurde) stembus, en steeds meer langs nieuwe communicatieve wegen (voor communicatieve zelfsturing) zoals Facebook, Twitter, Myspace, enzovoort.

 

Op een meer abstracter niveau wil ik graag iets toevoegen aan het thema procesdenken.

Zoals gezegd is het bestaande maatschappelijke kennis- en leermodel object georiënteerd. Het berust op het principe: “kennis is de uitkomst (opbrengst) van leerprocessen!” De betekenis van “leren” wordt achteraf en extern toegekend, via het resultaat. Dat betekent, het vigerende maatschappelijke kennis- en leermodel is statisch, extern en output gestuurd! (stembus)

 

In de visie van de procesdenker staat daarentegen de subjectief handelende mens centraal (social networking). Het principe luidt: “kennis is een bijzondere bewustzijnstoestand van het eigen leerproces!” D.w.z., een toestand die de lerende mens zelf bewust oproept en “waar neemt”. Daaruit ontstaat een subjectieve “waarheid” die berust op de eigen betekenissen die de mens bewust genereert. Deze betekenissen zijn subjectieve kennisvormen van de werkelijkheid. Er is sprake van “waarheid” omdat de kennis het subject geheel vult. Er is hier geen sprake kennisinhoud (zoals het extern gestuurde kennis- en leermodel beweert), maar van een tijdelijke, bewust waargenomen toestand van het eigen leerproces. Het is geen kennis in de vorm van een oplossing, maar in de vorm van een “spanning”. Dat is een heel belangrijk verschil. Wie leert genereert betekenissen die “op gespannen voet staan met de beleefde werkelijkheid”. Extern aangereikte oplossingen storen dat proces. Het zijn eindpunten die niet alleen de leerinspanning “oplossen”, maar ook de betekenisspanningen die nodig zijn om het eigen leerproces herkenbaar en toegankelijk te maken, om het op gang te houden en te sturen.

 

Opmerking: Het is interessant om te zien dat Jean Piaget deze problematiek benadert met behulp van de begrippen “assimilatie” en “accommodatie”. Hij definieert het zelfgestuurde leerproces als “equilibratie”. Dat zijn dynamische begrippen, en ondanks het feit dat hij daarbij dacht aan de aanpassing van mentale “structuren” is er wel degelijk bij hem sprake van een constructivistische (spanning opbouwende) visie op leren.

 

Verder wordt het moderne procesdenken sterk beïnvloed door de kwantummechanica en de systeemtheorie. Er komen nieuwe concepten uit voort, zoals bijvoorbeeld “attractoren”. Ik vraag mij af of het concept “verborgen programma” van Arnold Cornelis niet kan worden gezien als een soort “vreemde” attractor die zich via de zelfsturing van de lerende mens, communicatief “ontdubbelt”. De attractor blijft gedurende een leven lang leren, de steeds verder te ontdekken verzameling van “mogelijke toestanden” van het eigen leerproces. “Gevoel” is de “kennis” van al die mogelijke toestanden.

Leven is leren, en leren is “beleven” van de werkelijkheid. Daartoe is het nodig dat de lerende mens de “mogelijke toestanden” van zijn, of haar, persoonlijk “verborgen programma” constant (re)actualiseert.

 

Hoe denk jij (en hoe denken de andere forumleden) hierover ?

Met vriendelijke groet,

Hendrik ten Berge

Dag Hendrik,

Bedankt voor je reactie.

 Jouw zin: 'De processen waarlangs politieke legitimiteit wordt opgebouwd verlopen steeds minder via de (extern gestuurde) stembus, en steeds meer langs nieuwe communicatieve wegen (voor communicatieve zelfsturing) zoals Facebook, Twitter, Myspace, enzovoort.' vind ik ook heel juist en duidelijk gezegd.

 

Of het 'verborgen programma'  als een soort 'vreemde attractor' gezien kan worden lijkt mij niet, omdat een verborgen programma zich ontwikkelt in een bepaalde cultuur en mijns inziens een vreemde attractor een min of meer ongeleide factor is die een aantrekkingskracht heeft. Dus een tractor heeft niet een programma in zich, maar laat zich meer sturen door de omgeving lijkt mij.

Maar dat 'een attractor zich via de zelfsturing van de lerende mens communicatief ondubbelt' vind ik wel een interessant gegeven'.

Ik ben benieuwd hoe anderen hier over denken.

Misschien dat je het begrip 'vreemde attractor' nog eens moet toelichten, omdat dat voor mij geen dagelijkse kost is. 

 

Ik hoop van je of anderen te horen,

Groet,

Martin 


Hendrik ten Berge zei:

Hallo Martin,

..”om je heen zie je allerlei processen in de wereld gebeuren die een nieuwe communicatieve weg zoeken..” Ik reageer een beetje laat op deze prachtige uitspraak, maar ik ben het helemaal met je eens dat dit een bijzonder interessante (en vooral ook zeer actuele) kijk op de werkelijkheid is. De pijlers van de democratie in de post moderne samenleving wankelen. De “volksvertegenwoordigingen” vertegenwoordigen van alles, behalve het volk. De processen waarlangs politieke legitimiteit wordt opgebouwd verlopen steeds minder via de (extern gestuurde) stembus, en steeds meer langs nieuwe communicatieve wegen (voor communicatieve zelfsturing) zoals Facebook, Twitter, Myspace, enzovoort.

 

Op een meer abstracter niveau wil ik graag iets toevoegen aan het thema procesdenken.

Zoals gezegd is het bestaande maatschappelijke kennis- en leermodel object georiënteerd. Het berust op het principe: “kennis is de uitkomst (opbrengst) van leerprocessen!” De betekenis van “leren” wordt achteraf en extern toegekend, via het resultaat. Dat betekent, het vigerende maatschappelijke kennis- en leermodel is statisch, extern en output gestuurd! (stembus)

 

In de visie van de procesdenker staat daarentegen de subjectief handelende mens centraal (social networking). Het principe luidt: “kennis is een bijzondere bewustzijnstoestand van het eigen leerproces!” D.w.z., een toestand die de lerende mens zelf bewust oproept en “waar neemt”. Daaruit ontstaat een subjectieve “waarheid” die berust op de eigen betekenissen die de mens bewust genereert. Deze betekenissen zijn subjectieve kennisvormen van de werkelijkheid. Er is sprake van “waarheid” omdat de kennis het subject geheel vult. Er is hier geen sprake kennisinhoud (zoals het extern gestuurde kennis- en leermodel beweert), maar van een tijdelijke, bewust waargenomen toestand van het eigen leerproces. Het is geen kennis in de vorm van een oplossing, maar in de vorm van een “spanning”. Dat is een heel belangrijk verschil. Wie leert genereert betekenissen die “op gespannen voet staan met de beleefde werkelijkheid”. Extern aangereikte oplossingen storen dat proces. Het zijn eindpunten die niet alleen de leerinspanning “oplossen”, maar ook de betekenisspanningen die nodig zijn om het eigen leerproces herkenbaar en toegankelijk te maken, om het op gang te houden en te sturen.

 

Opmerking: Het is interessant om te zien dat Jean Piaget deze problematiek benadert met behulp van de begrippen “assimilatie” en “accommodatie”. Hij definieert het zelfgestuurde leerproces als “equilibratie”. Dat zijn dynamische begrippen, en ondanks het feit dat hij daarbij dacht aan de aanpassing van mentale “structuren” is er wel degelijk bij hem sprake van een constructivistische (spanning opbouwende) visie op leren.

 

Verder wordt het moderne procesdenken sterk beïnvloed door de kwantummechanica en de systeemtheorie. Er komen nieuwe concepten uit voort, zoals bijvoorbeeld “attractoren”. Ik vraag mij af of het concept “verborgen programma” van Arnold Cornelis niet kan worden gezien als een soort “vreemde” attractor die zich via de zelfsturing van de lerende mens, communicatief “ontdubbelt”. De attractor blijft gedurende een leven lang leren, de steeds verder te ontdekken verzameling van “mogelijke toestanden” van het eigen leerproces. “Gevoel” is de “kennis” van al die mogelijke toestanden.

Leven is leren, en leren is “beleven” van de werkelijkheid. Daartoe is het nodig dat de lerende mens de “mogelijke toestanden” van zijn, of haar, persoonlijk “verborgen programma” constant (re)actualiseert.

 

Hoe denk jij (en hoe denken de andere forumleden) hierover ?

Met vriendelijke groet,

Hendrik ten Berge

Antwoorden op discussie

RSS

© 2024   Gemaakt door Ad van Vugt.   Verzorgd door

Een probleem rapporteren?  |  Algemene voorwaarden